Het is voorjaar, de sluis is nog dicht voor de scheepvaart maar in de sluis is het al een drukte van jewelste. Scholen vissen doen hun best om door de kieren en soms de nauwe openingen van de deuren hun weg te vinden om vanuit de haven naar de vlieten te komen. De deuren zijn echter goed afgesloten en daarom zwemmen er grote scholen vis in de sluiskolk, die eigenlijk niet verder kunnen.
De drie reigers die rondom de sluis wonen en verblijven hebben dit ook ontdekt en voor hen is het een waar smulpaleis. Even afdalen in de sluis, wachten op de balken van de binnendeuren of op de Schouw die er ligt en dan je snavel in het water en je hebt zo je maaltje binnen. Zonder veel moeite dus.
Echter de reigers zijn ook kieskeurig. Vangen een vis maar eten hem niet op en gooien hem op de schouw of half dood terug. Daarom zie je nu veel dode vis in de sluiskolk drijven.
Daarnaast hebben de reigers de sluis als gemeenschappelijk sanitair gebruikt en hebben ze de hele sluis onder gepoept. Het lijkt er zelfs op of iemand met een blik witkalk over de sluis heeft gelopen en flink gemorst heeft.
De aanblik van de sluis werd er niet beter op. Op 10 april is een van de sluiswachters met een hoge drukspuit aan de gang gegaan om het aanzicht van de monumentale sluis weer toonbaar te maken.
Grappig was wel dat de reigers op afstand gewoon zaten te wachten tot hun voederbak weer schoon was voor gebruik. De sluis is weer toonbaar gemaakt maar voor hoe lang is de vraag. De Reigers en de vissen blijven nog wel even zwemmen in de sluis en zolang er geen bootjes door gaan blijft het nog wel zo.
